OUDE DOOS |
Dit is de genealogie pagina van Vincent Vermeulen |
|
|
18-09-2007
Verhalen uit het verleden In de oude doos moeten verhalen komen uit het verleden. Dit kunnen leuke dingen zijn of rare gebeurtenissen, maar ook gewoon een stukje over een gewone dag uit het leven. Nu denken we daar misschien over dat het niet interecant is, maar later kijken jullie / onze nakomelingen daar weer heel anders tegenaan. Dus stuur ze op, die verhalen, annecdotes en gebeurtenissen. Heb je er nog een foto bij ook, stuur maar op!
De brief van "Ome" Karel Drent aan "Oma" Anna Drent-Thielen: In de oorlog zat "Ome" Karel Drent in Vucht. Op 2 april 1944 schreef hij een brief aan zijn moeder.
"Tante" Ria Strijbosch-Vermeulen: Op 8 september
2007 was ik met Marlies Verwijmeren-Vermeulen en Annerieke Smits-Vermeulen
voor de reünie nog even naar tante Ria en ome Harry Strijbosch gelopen. We wiste dat
ze waarschijnlijk niet zouden komen, dus als we ze nog even wilde zien was
dat de manier. De konijnen fokkerij van "Opa" Willem Vermeulen, gerund door "Ome" Hein Vermeulen.
Aangezien dat al drie zoons in de wasserij had en iedereen wel bezig
gehouden moest worden besloot opa een volgend "bedrijfje"op te zetten in
de schuur / garage bij de wasserij, een konijnen fokkerij. Jan, Adrie en
Theo waren al werkzaam in de wasserij en de volgende zoom was Hein. Die
moest dan maar de konijnenfokkerij gaan doen.
"Ome" Theo Vermeulen.
Van mijn opa heb ik een jaartje geleden het volgeden verhaal gehoord
toen ik vroeg hoe hij oma had ontmoet:
Van Maria Vermeulen (de nicht van mijn vader) heb ik dit wel eens gehoor: "Oma" Vermeulen heeft in 1914 een miskraam gehaden vervolgens is ze ingestort. Hierdoor is "opa" Vermeulen (die toen in dienst zat om de grens te bewaken) uit het leger ontslagen om weer naar huis te gaan. Niet alleen de miskraam zal de oorzaak zijn geweest, het gezin telde toen al een aantal kleine kinderen en het bedrijf diende ook door te draaien.
Annerieke Smits-Vermeulen stuurde mij het volgende:
Spelen bij opa en oma.
Als kind herinner ik mij het ouderlijk huis van mijn vader (Toon) met de
ingang aan de huidige Concordiastraat op de plaats waar nu de
parkeergarage staat.
Langs de straatkant was een grote tuin met een prieeltje erin. Links was
een garage waarlangs rabarber groeide.
Achterin lag het woonhuis. Middenvoor was de voordeur en als je binnen
kwam, was aan de rechterkant een kamer, waar we nooit in kwamen. Dat was
de salon en die moest netjes blijven.
Een keer ben ik daarin geweest. Ik was bijna 10 jaar oud en werd erg
nieuwsgierig doordat iedereen stilletjes de kamer in en uit gingen.
Omdat ik naar binnen probeerde te gluren, nam tante Ria mij mee naar
binnen. Daar bleek opa opgebaard te liggen. Ik was daar helemaal niet op
voorbereid en dat was dus geen succes!
Rechtdoor was de keuken in mijn beleving en links van de woonkamer, waar
wij binnen gelaten werden.
Ik weet nog goed, dat we bij een feestelijke gelegenheid, waarschijnlijk
de gouden bruiloft, binnen kwamen met als cadeautje een pot vruchten e.d.
Opa en oma zaten midden in de kamer op een stoel en wij stonden in de
rij te wachten tot we hen een handje, een kusje en ons cadeautje mochten
geven. Daarna werden we naar de speelkamer doorgeleid. Die lag weer
links van de woonkamer. Rechts achterin de kamer stond een tafel en aan
de lamp daarvan hing een knopje, waarmee opa of oma konden bellen naar
de keuken. Als ze dat deden, kwam de hulp hen ergens mee helpen. De hulp
was verder meestal in de keuken.
Als wij een poosje in de speelkamer gespeeld hadden, begon voor ons het
feest pas goed. We mochten dan in de wasserij gaan spelen met de grote
neven. De oude wasserij lag rechts van het woonhuis. Daar was altijd een
speciaal luchtje, dat ik ook weer herkende, toen we pas geleden in de
wasserij in Tilburg waren.
Het leukste was, als we met de houten waskarretjes door de wasserij
konden crossen, met de kleine neefjes en nichtjes erin.
Tussen alle machines door.
Mijn moeder was er niet zo blij mee, want we moesten altijd onze nette
kleren aan voordat we vertrokken, maar we kwamen altijd weer vuil thuis.
Maar we hebben wel veel plezier gehad.
Links naast de tuin, met de ingang aan de Bleekstraat woonden de twee
oude tantes Nel en Anna, twee ongetrouwde zussen van opa.
In mijn herinnering was het een donkere kamer met in het midden een
tafel. Verder kwam ik nooit. Tante Nel zorgde altijd voor wat lekkers en
praatte honderduit. Tante Anna was stil. Kreeg niet zo de kans, heb ik
later begrepen.
|